Roadtrip Wild Atlantic Way (zuid-west, 1 week)

13-18 augustus 2017, laatste update mei 2024

De meisjes zijn op chirokamp, en wij maken van de gelegenheid gebruik om een 6-daagse roadtrip in Ierland te maken. Het is half augustus, dus we hopen op goed weer. Dat blijft natuurlijk altijd gok, in een regenland als Ierland.

Ierland is meer dan twee keer zo groot als België. Het hoort bij de Europese Unie. De twee officiële talen zijn het Engels en het Gaelic. Het is het land van Irish Coffee, Whiskey en Guinness en thuisbasis van Ryanair. 

Met een lengte van 2500 km, is de Wild Atlantic Way de langste gemarkeerde kustroute ter wereld. De route is opgedeeld in zes zones, elk met zijn eigen karakter. Langs deze magnifieke kust valt veel te beleven. 

Wij verkennen het zuidelijk deel, de Kerry en de Cork route. We leggen in totaal 1239 km af.

Onze route vind je hier: route Ierland Google Maps



Praktisch:

Ierland behoort tot de Europese Unie maar niet tot de Schengen zone. Een geldige identiteitskaart is voldoende, maar je moet wel de douane passeren. Je betaalt er met euro’s en de stopcontacten zijn driepuntig. Je heb dus een wereldstekker nodig.

Hoe geraak je er?

Ryanair (uiteraard!) vliegt vanuit Charleroi naar Dublin, de hoofdstad van Ierland. De vluchtduur is 1 uur en 40 minuten.

Overnachten:

We kiezen dit keer allemaal B&B’s uit, iets wat we nog niet veel gedaan hebben. Het ligt ons wel, de eigenaren maken graag een praatje en vertellen uitgebreid over de streek. De prijzen liggen tussen de 75 en 150€ per nacht.

- 1 nacht Kingfisher Townhouse (166-168, Parnell St, Rotunda) in Dublin.

Centraal gelegen, familiaal gerund pension/restaurant, goed ontbijt. Voorlopig niet te boeken via Booking. 

- 1 nacht B&B Dunlavin House  in Dingle.

- 1 nacht Hillside Haven Tahilla, in de Kenmare Bay.

- 2 nachten Doirelyath B&B Bantry in Bantry.

Vervoer:

Autohuur via Rentalcars, gelukkig volledig verzekerd want er hapert een fietser aan onze auto met een grote kras als gevolg! In Ierland wordt er links gereden en de wegen zijn er vaak erg smal.

Gereden route:

Dublin - Dingle & Sea Head Drive - Ring of Kerry & Skellig Ring - Killarney NP - Beara Peninsula - Bantry (Sheep Head en Mizen Head) - Dublin

Dag 1:

Dublin

Het is al 21h als we aankomen in Dublin. We pikken de auto op en rijden naar het Kingfisher Townhouse, in het centrum van de stad. De rit is niet lang, 10 km, maar het is druk en lastig rijden. Ook de parkeerplaats (langs de straat) die we via het hotel gereserveerd hebben, blijkt niet eenvoudig te vinden.

We komen er uiteindelijk uit en in de regen (hoe kan het anders in Ierland?) stappen we in een kwartiertje te voet via de brug over de Liffey rivier naar Temple Bar, met zijn vele typische pubs. In de beroemde Temple Bar Pub tappen ze Ierse en internationale speciaalbieren. Wij proeven er enkele. De pub heeft een heel mooie tuingevel.

Tijd voor meer bezienswaardigheden zoals het Trinity College (oudste universiteit van Ierland), het standbeeld van Molly Malone en St Patrick’s Cathedral zal er niet zijn, want we rijden morgenochtend al verder naar het westen.

 

Dag 2:

(346 km, 19 graden, bewolkte voormiddag, zonnige namiddag)

Na een stevig ontbijt nemen we de M7 richting het zuidwesten. Net voorbij de stad Limerick houden we halt in Adare, een klein dorpje, voor een drankje in de lokale pub. Het miezert een beetje. Via Tralee (de hoofdplaats van het graafschap Kerry) bereiken we de westkust.

Connor Pass en Mount Brandon

Vanaf hier wordt het landschap ruiger. We rijden over de Connor Pass en langs Mount Brandon naar Dingle. 

Mount Brandon is met zijn 952 meter, de achtste hoogste piek van Ierland. De Connor Pass is een 12 km lange rit, één van de hoogste geasfalteerde Ierse bergpassen. We stoppen op verschillende plaatsen en vergapen ons aan de schoonheid. Dat belooft voor de komende dagen!

Dingle

De B&B Dunlavin House ligt net buiten het supermooie vissershaventje Dingle.

Dingle is onconventioneel, kunstzinnig en oprecht vriendelijk. Het is waarschijnlijk één van de charmantste stadjes in heel Ierland. Green Street, zit vol kleine mode- en sieradenwinkels. In de hoofdstraat vind je intieme, knusse pubs en je kan er verfijnd dineren. 

Wij gaan ‘s avonds een lekker visje eten bij Sheehy’s Anchor Down. Het is er gezellig druk. Keuze genoeg qua restaurantjes hier. We bekijken ook nog even de boten bij de haven, waar een heel mooi houten zeiljacht aangemeerd ligt.

Fungie, de beroemde dolfijn die hier in de baai rondzwemt, krijgen we niet te zien… Sinds 1983 werd hij heel vaak gespot, maar vanaf 2020 werd hij niet meer gezien en wordt aangenomen dat hij gestorven is.

Dag 3:

(227 km, 20 graden, zonnig)

Het beloofd een drukke dag te worden met 2 loops die we gaan rijden en een paar wandelingen.

Slea Head Drive (Dingle schiereiland) 47 km - Blasket Islands

Om optimaal van het schiereiland Dingle te genieten, rijden we de Slea Head Drive, een spectaculaire rit die vanuit Dingle dicht langs de kust slingert. Onderweg zien we de Fahan Beehive Huts, middeleeuwse bijenkorfvormige hutjes. In Star Wars “The Last Jedi” werden ze gebruikt als Luke Skywalkers schuilplaats op Skellig Michael.

We houden halt bij het Blasket Visitor Centre, vanwaar we een mooie wandeling maken van 4 km (Blasket Islands Loop Walking Route). Het is een puur natuurdrama, geen wonder dus dat dit decor te zien is in de film Ryan’s Daughter. We hebben de hele tijd zicht op de Blasket Islands, de meest westelijke eilandengroep in Europa. Ze zijn niet meer bewoond, maar je kan er wel nog met de veerboot naartoe.

Ring of Kerry en Ring of Skellig (145 km) - Valentina Island

Terug in Dingle gekomen rijden we naar de Ring of Kerry via het mooie grote zandstrand Inch beach (35 km).

De  Ring of Kerry start in eigenlijk in Killarney (dat is voor morgen) en slingert zich helemaal rond schiereiland Iveragh. Wij rijden meteen door langs de kust via nog meer mooie stranden zoals Rossbeigh beach.

We rijden ook de Skellig Ring, een zijroute van de Ring of Kerry. De mystieke schoonheid van dit deel van het eiland heeft ook onverwachte bezoekers betoverd. Het speelde een belangrijke rol in Star Wars: The Force Awakens. In het mooie dorp Portmagee werden de acteurs en filmploeg door de lokale bewoners ontvangen zoals ze al hun bezoekers welkom heten: hartelijk!!
Wij houden er ook halt en maken een prachtige wandeling (
Bray Head Loop Walk, 7 km) naar de vuurtoren op Valentina Island.

We rijden verder en in Waterville, de favoriete vakantieplek van Charlie Chaplin, stoppen we voor een hapje en drankje in één van de pubs. We passeren Sneem, met zijn kleurrijke huizen en iets verder is onze B&B voor vannacht, Hillside Haven Tahilla, in de Kenmare Bay.

’s Avonds eten we zalm in één van de restaurantjes in Sneem.

Dag 4:

(Regen, zon in de namiddag, 19 graden)

Killarney NP 

Via Kenmare rijden we naar Killarney National Park, een combinatie van bergen, meren (de Killarney Lakes), bossen en watervallen. Het bergachtige land omvat de MacGillycuddy’s Range, de hoogste bergketen in Ierland, met een hoogte van meer dan 1000 meter.

Op de weg tussen Kenmare en Killarney ligt de Ladies View. Dit uitkijkpunt heeft een schitterend uitzicht op Upper Lake en de omringende natuur. Helaas zit het weer niet mee, het regent en we krijgen weinig te zien van het moois.

Torc Waterfall is ruim 20 meter hoog en is op zijn best na een zware regenval. We parkeren op één van de parkings en wandelen het kort stukje naar de waterval. Het gedonder van water hoor je van heel ver. Aan de linkerkant van de waterval kun je de treden beklimmen naar het uitkijkpunt over de meren.

We keren terug naar Kenmare en we laten het oorspronkelijke plan om de Ring of Beara te rijden voor wat het is. Ik, de routeplanner, heb het best moeilijk om af te wijken van de plannen. Maar het is geen goed weer en we hebben gisteren al zoveel gereden. Kevin ziet plots een wegwijzer naar Glenincaquin Park, en wil daar naartoe. Een hele goede beslissing blijkt achteraf!

Ring of Beara (137 km) 

The Ring of Beara hebben wij dus niet gereden… Het is een iets minder populaire route dan The Ring of Kerry, maar niet minder spectaculair! Ze doorkruist zowel het graafschap Cork als Kerry De weg gaat helemaal tot Dursey Island, dat met een kabelbaan vanaf het vasteland te bereiken is. Één van de weinige kabelbanen in Europa die de oceaan oversteekt trouwens. Onderweg passeer je ook de Tim Healy Pass, een kronkelende bergpas. De route eindigt in het vissersplaatsje Bantry.

Gleninchaquin Park

In plaats daarvan slaan wij dus af naar het Gleninchaquin Park, zonder goed te weten aan wat ons te verwachten. Er is een parking bij een soort boerderij en je moet toegang betalen. Alle info over de wandelingen en het park vind je hier: Gleninchaquinpark. Wij maken een hele mooie wandeling langs de spectaculaire waterval, langs een meer door moeras en bossen. Gewoonweg prachtig. En we krijgen de zon zelfs te zien!

Via Kenmare en Glenarriff is het toch nog 60 km rijden naar Bantry, waar we 2 nachten blijven. 

We verbazen ons al heel deze reis over de smalle wegen die dan nog eens omzoomd zijn met kilometerslange bloeiende hagen van fuchsia, gewoon langs de kant van de weg. Mooi, maar niet handig als er tegenliggers zijn. Op dit stuk blijft een fietser haperen, terwijl we nochtans halt hielden om hem te laten passeren. Een grote kras in de auto is het gevolg…

Bantry

Bantry is een klein stadje in het het graafschap Cork, aan de Bantry Bay. Het heeft een gezellig centrum met restaurantjes en pubs.

Onze B&B ligt in een straat met rijtjeshuizen met mooie tuintjes. ‘s Avonds eten we mosselen in O’Connors Seafood Restaurant (Wolfe Tone Square, Town Lots, Bantry).

Dag 5:

139 km, zonnig (één bui), 19 graden

Sheep’s Head

We gaan een laatste dag op pad langs de westkust. Eerst rijden we helemaal naar Sheep’s Head, waar we de Sheep’s Head Loop wandeling maken naar de vuurtoren. Routes staan aangegeven op de infoborden bij de start. De wandeling is 4 km lang en duurt ongeveer 2 uur. Weeral een ongelooflijk mooi stukje natuur! We rijden langs dezelfde weg terug naar het volgende schiereiland: Mizen Head.

Mizen Head

Onderweg stoppen we nog even bij het mooie strand bij de inham van Ballyrisode Beach. Wat een prachtige kleuren heeft het zeewater hier. In Durrus is de afslag naar Mizen Head. Hier bereiken we Ierlands zuidwestelijkste punt en worden omringd door overweldigende panorama's over de oceaan. 

Al ruim 100 jaar staat het seinstation van Mizen Head sterk te midden van het natuurgeweld. Dit station werd gebouwd om schepen te waarschuwen tegen de verraderlijke rotsen die hier dicht aan de kust liggen. Er is in de buurt van het seinstation een maritiem museum gebouwd.

Hoog op een klif ligt het bezoekerscentrum waar we enkele exposities bekijken. Vanaf hier gaan we verder naar het daadwerkelijke seinstation. We steken de hoge boogbrug over (niet naar beneden kijken!) die het seinstation verbindt met het vasteland. Kijk je toch naar beneden, dan zou je zeehonden, dolfijnen en bultruggen kunnen zien. En in de lucht vliegen soms jan-van-genten.

In het seinstation kun je het verblijf van de stationswachter, de machinekamer, zendkamer van Marconi en kaartencollectie van Mizen bekijken. Ten westen zie je het Fastnet Lighthouse. Dit beroemde landmark staat bekend als 'Ierlands traan' en was het laatste wat de Ierse emigranten zagen als ze hun geliefde Ierland achter zich lieten.

 

Als afsluiter van onze tocht langs de Wild Atlantic Way eten we een seafood platter voor twee bij Fish Kitchen House (New St, Town Lots, Bantry), een topplekje. Het bevindt zich op de eerste verdieping boven een viswinkel. Het is er klein, maar gezellig. En mensen komen zelfs van vrij ver om er te eten. 

 

Dag 6:

Vandaag slapen we uit en na een laatste heerlijk ontbijt rijden we terug naar Dublin, een rit van 339 km, vanwaar we 's avonds terugvliegen naar België. 

 

Conclusie:

Wat een prachtige roadtrip was dit! De natuur is te vergelijken met de die van de Noorse westkust. En wat hebben we ook lekker gegeten onderweg. Je moet natuurlijk wel een beetje geluk hebben met het weer.


Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.