Tips voor een bezoek aan de Zambezi Region, Caprivi Strip
augustus 2023
Tijdens onze roadtrip van 3 weken (met jeep en daktenten) door Namibië en Botswana bezochten we de smalle Caprivistrook in het noorden van Namibië. Kijk hier voor het volledige verslag van onze rondreis.
De Zambezi Region is beter bekend als de Caprivi Strip. Dit is de oude naam voor een vreemd smal stuk land dat toebehoort aan Namibië en ingeklemd ligt tussen Angola en Zambia in het noorden en Botswana in het zuiden. De strook is op zijn smalst maar 35 km breed en strekt zich 450 km uit naar het oosten tot het punt waar de Chobe rivier zich van de Zambezi afsplitst.
Het is een heel ander soort Namibië, groen en waterrijk door de noordgrens van de Okavango Delta en de aanwezigheid van nog vier grote rivieren, Kwando, Linyanti, Chobe en Zambezi.
Dit is het echte Afrika met veel typische dorpjes met hutjes, stalletjes en mensen langs de weg. Er zijn verschillende nationale parken, waarvan het Bwabwata National Park het grootste is.
Kaart nationale parken Namibië (bron safaribookings.com):
Onze route roadtrip 3 weken Namibië-Botswana:
Algemene informatie Caprivi Strip:
Geschiedenis en oorlog:
De Caprivistrook dankt haar naam aan de Duitser Leo Von Caprivi, die de strook in 1890 toevoegde aan de Duitse kolonie Duits-Zuidwest-Afrika (het huidige Namibië) in ruil voor Zanzibar.
De regio is altijd gegeerd geweest in het koloniaal tijdperk vanwege de rivieren die er stromen. Niet alleen het water was een grote troef, maar Duitsland wilde met Caprivi ook een verbinding creëren met Duits-Oost-Afrika (het huidige Tanzania), zijn andere kolonie in Afrika.
Na de WOI werd de strook eerst aan de Britse kolonie Botswana toegevoegd en later aan Zuid-West-Afrika, dat door Zuid-Afrika werd bestuurd. Tijdens de onafhankelijkheidsstrijd (tegen kolonisator Zuid-Afrika) tussen 1960 en 1990 was het gebied constant in staat van oorlog. Sinds de onafhankelijkheid van Namibië in 1990 behoort Caprivi tot dat land.
Eind jaren ‘90 raakte de regio verwikkeld in de burgeroorlog van buurland Angola. Met als dieptepunt de dood van enkele buitenlandse toeristen door Angolese rebellen.
Door dit jarenlang geweld daalde de populatie aan wilde dieren enorm. Na 2002 werd de situatie veilig en sindsdien groeit het wildbestand weer aan.
Vanaf augustus 2013 is de Caprivi Strip officieel omgedoopt tot Zambezi Region vanwege de gevoelige geschiedenis tussen Namibië en de Duitse kolonisten.
Hoe kom je er?
Bij een rondreis door Namibië en Botswana, kan je niet rond de Caprivi Strip heen.
Toeristen die enkel Namibië bezoeken, komen hier echter veel minder. Zonde om dit over te slaan vinden wij!
Vanuit Etosha National Park of zuidelijk Namibië bereik je via de goed geasfalteerde B8 gemakkelijk de steden Rundu en Divundu, aan westelijke kant van de strook. De B8 doorkruist Caprivi helemaal (400 km), tot aan de grens met Botswana, bij het Chobe National Park. Nog iets verder ligt Kasane in Botswana, wat de ideale uitvalsbasis is om de Victoria Falls in Zimbabwe te bezoeken of de zuidelijk gelegen Okavango Delta in Botswana.
Wie de Caprivistrook niet helemaal wil afrijden, kan via Divundu al de afslag nemen naar Botswana en de westelijke kant van de Okavango Delta.
Landschap:
Zodra je het ‘veterinary checkpoint’ langs de B8 (net voor Rundu) gepasseerd bent, die de verspreiding van mond-en klauwzeer onder het vee moet tegengaan, verandert het landschap ineens volledig. Namibië is dunbevolkt, maar ongeveer 80% van de mensen wonen in dit noordelijk deel van het land.
Plots duiken typisch Afrikaanse dorpjes op langs de weg, druk en levendig! Overal zie je hutten, kraampjes, kinderen (daar gaat ons snoep weer🍬) en vrouwen met grote bidons water op hun hoofd. We vergapen ons aan zeer primitief ingerichte carwashes, roadstop pub’s en beauty-en hairsalons.
Caprivi is een groene oase. Niet alleen de Okavango en Zambezi rivier stromen langs de Caprivistrook. Ook de Kwando, Linyati en Chobe rivieren bakenen het gebied af. Je vindt er ook eeuwenoude bossen. De vegetatie kan worden vergeleken met noordelijke delen van Botswana, want jaarlijks stroomt het regenwater vanuit de hooglanden van Angola richting de beroemde Okavango Delta in Botswana.
Wildlife:
Caprivi is het leefgebied van vier van de Big Five: leeuw, luipaard, buffel en olifant. De neushoorn komt niet voor in dit gebied.
De Caprivi regio is belangrijk voor de migratie van het grotere wild in dit deel van Afrika. Vooral olifanten trekken over deze strook land wanneer ze tussen Botswana, Angola en Zambia bewegen. De wildparken zijn niet afgebakend met hekken dus kan het wild vrij bewegen in de regio.
Behalve olifanten en buffels, leven er leeuwen, luipaarden, cheetahs, hyena’s, nijlpaarden, krokodillen, zebra’s, blauw wildebeesten en veel verschillende soorten antilopes (oa. de sabel-antilope en tsessebe). Bwabwata National Park is een van de laatste toevluchtsoorden voor wilde honden in Namibië. Het gebied is ook heel interessant voor vogelaars.
Steden:
Rundu wordt ook wel de poort naar Caprivi genoemd omdat dit de laatste grote stad is om je boodschappen te doen als je vanaf Etosha komt. De stad ligt aan de Okavango rivier op de grens met Angola. Wij deden er onze inkopen op een zondag, en dan mag je geen bier kopen. Overal zien we misvieringen die aan de gang zijn in open lucht. En het extra gekochte snoep raakt snel uitgedeeld onderweg.
Divundu aan de Okavango rivier is veel kleiner, maar een ideale uitvalsbasis om de Popa Falls en het Bwabwata National Park te verkennen. Verderop bij Kongola zijn een paar uitstekende lodges aan de Kwando rivier in de nabijheid van het Mudumu National Park.
Katima Mulilo is de grootste plaats aan de oostkant van de Caprivistrook vlakbij de grens met Zambia. Wij reden nog wat verder door, tot Ngoma, dat op de grens met Botswana en Chobe National Park ligt.
Overnachten langs de Zambezi region, kaart lodges (bron safaribookings.com):
Tips om te overnachten langs de Caprivi Strip:
Langs de Caprivistrip vind je tal van leuke lodges en resorts, via deze link kan je inspiratie opdoen.
Wij reden in vier dagen langs de Caprivistrip, wat een beetje krap in tijd was met de vele activiteiten die hier mogelijk zijn. We hadden gerust nog een extra nacht of 2 kunnen gebruiken.
Ons eerst verblijf was het hele leuke Ngepi Camp, niet ver van Divundu aan de Okavango rivier. De laatste paar kilometers gaan over losse zandwegen, dus een 4x4 is wel aangewezen. Je slaapt hier in ‘open’ treehouses onder de bomen met een fantastische uitzicht op de rivier. Er zijn ook campsites. Aan knorrende nijlpaarden geen gebrek! Ze komen echt vlakbij. Voor de zekerheid hebben we de bamboe rolgordijntjes ‘s nachts toch maar neergelaten. Die nacht was trouwens vol geluiden.
In de vroege ochend zie je dan vanuit je bed de zon opkomen over de rivier, onbeschrijflijk!
Het camp heeft een goed restaurant, leuke open bar en drijvend zwembadje (een soort kooi) in de rivier. Er heerst een losse sfeer die zowel gezinnen als backpackers aantrekt. Er worden verschillende activiteiten aangeboden: boot- en mokorotochten op de rivier en game drives naar het Bwabwata Park (die deden wij). Je zit ook vlakbij de Popa Falls. Een aanrader!
Namushasha River Lodge (Gondwana Collection) is een echt pareltje aan de Kwando rivier in Kongola. Deze lodge ligt wat in de hoogte aan de rivier en heeft een hele mooie receptie, en restaurant uit hout met terras. Het dinerbuffet is een absolute aanrader en de zonsondergang is hier onvergetelijk. We vermelden graag de goede WiFi, het beste wat we gehad hebben gedurende 3 weken. Een pluspunt met tieners in het gezelschap…
Naast de lodge zijn er ook nog enkele glamping tenten (Camping2go) en een paar zeer ruime campsites. Wij werden gewaarschuwd om het korte stukje (zo’n 300 meter) van de lodge naar onze campsite met de auto te doen vanwege olifanten en nijlpaarden. Ook hier kan je uit verschillende activiteiten kiezen. Wij deden de sunset boottocht, wat heerlijk relaxed was. We zagen nijlpaarden en buffels van heel dichtbij. Verder worden ook hier safari’s in het Bwabwata Park georganiseerd. Mudumu National Park ligt vlakbij…
Tot slot slapen we een nachtje in safaritenten in het Chobe River Camp, bij Ngoma, dat vlakbij de grensovergang met Botswana ligt.
Ngoma ligt in het uiterste oosten van de Caprivistrook op 75 km van de stad Katima Mulilo. Wij zijn er in het droge seizoen en het landschap langs de altijd water dragende Chobe rivier is veel minder groen dan langs de Okavango en Kwando rivier.
Ook dit camp heeft een restaurant (met dinnerbuffet in de tuin in open lucht), mooie receptie en zwembad. Je kan er allerlei activiteiten boeken (boottochten op de Chobe rivier, game drive naar Chobe NP,…) maar wij houden er een beetje rustdag. Heerlijk! Vanaf het terras van onze tenten zien we giraffen, olifanten, krokodillen en allerlei vogels bij de rivier.
Nationale Parken:
Bwabwata National Park (Mahango Game Reserve):
Het 204 km lange gedeelte tussen de Okavango rivier en Kwando rivier wordt in beslag genomen door het Bwabwata NP.
Dit park heette voordien het Caprivi Game Reserve en werd opgericht in 1966.
Het park heeft een bewogen geschiedenis gehad, aangezien het tijdens de bevrijdingsoorlog van Namibië tot militair gebied werd uitgeroepen. Pas na de onafhankelijkheid in 1990 kon het goed worden beheerd als beschermd gebied. Er werd echter enorm veel aan stroperij gedaan en pas na het jaar 2000 begon het wild zich te herstellen. In 2007 kreeg het park zijn nieuwe naam, Bwabwata NP, en omvat het voormalige Caprivi Game Reserve en Mahango Game Reserve.
Het huidige beheer in het park houdt rekening met de behoeften van de naar schatting 5500 mensen die in het park wonen. Er is een beschermd kerngebied in het westen langs de rivier de Okavango, een meervoudig gebruiksgebied in het centrale deel van het park en een beschermd kerngebied in het oosten langs de rivier de Kwando. De hoofdweg tussen Rundu en Katima Mulilo, de B8, loopt dwars door het nationale park.
Er leven grote concentraties olifanten, buffels en antilopen. De belangrijkste roofdieren zijn leeuwen, luipaarden, cheeta's en hyena's. Bwabwata is een van de laatste toevluchtsoorden van de wilde honden in Namibië. Langs de rivieren komen nijlpaarden voor. Het is er veel minder toeristisch in vergelijking met Etosha en het verderop gelegen Chobe National Park. De begroeiing is er wel dichter, waardoor het wild soms moeilijker te spotten is.
Wij gingen mee met de game drive van onze lodge Ngepi Camp in het westelijk ‘core gebied’, het Mahango Game Reserve.
Een selfdrive loop is zeker ook mogelijk voor wie een 4x4 voertuig heeft. Een permit koop je bij de ingang van het park.
Dit was onze eerst begeleide safari en we hadden een heel kundige gids die vanalles over de dieren, begroeiing en vogels te vertellen had. We zagen buffels, nijlpaarden, krokodillen, gieren bij een dode impala, een visarend, olifanten, warthogs, wildebeest, bavianen, kudus, impala’s en zebra’s. Ons doel was het zien van de buffel, zodat we de “big five” konden afvinken. De buffel is trouwens het meest dodelijke beest van de big 5 en wordt in Afrika “black death” genoemd. Nadien zagen we er nog honderden in de Okavango Delta...
Okavango rivier - Popa Falls:
Popa Falls bij Divundu is het kleinste wildpark van Namibië met een overvloed aan vogelsoorten. Het is eigenlijk een onderdeel van het grote Bwabwata nationaal park.
De Kavango rivier (in Botswana Okavango genaamd) is hier nog smal vooraleer hij uitwaaiert naar de Okavango Delta in Botswana. De loop van de rivier wordt onderbroken door een kwartsietrichel, waardoor een reeks stroomversnellingen ontstaat, bekend als de Popa Falls. Echte watervallen mag je dus niet verwachten. Er leven krokodillen en nijlpaarden.
Ook hier moet je een permit kopen, er worden boottochten georganiseerd.
Mudumu National Park - Kwando:
Het Mudumu National Park, op 25 km van Kongola, wordt begrensd door de Kwando rivier en de oostelijke kant van het Bwabwata National Park. Ook hier tref je olifanten, buffels, zebra’s, antilopen, krokodillen, nijlpaarden en nog veel meer. Het landschap wordt gekenmerkt door uitgestrekte vlakke vlaktes, rustige lagunes en rivierbossen.
Wij maakten een boottocht op de Kwando rivier vanuit de Namushasha River Lodge, echt een aanrader. De Kwando is veel smaller dan de Okavango river en slingert zich een weg door het mooie landschap. De nijlpaarden hier kwamen wel erg dichtbij!
Nkasa Rupara National Park:
Nog zuidelijker ligt dit moerassige en doorgaans moeilijk begaanbare park tussen de rivieren Kwando en Linyanti (die verderop trouwens Chobe noemt). Vroeger heette het park Mamili en wordt in het zuiden begrensd door Botswana. Aan Botswana’s kant ligt het Linyanti NP, ten noorden van Savuti, in een uithoek van het Chobe National Park.
Dit gebied vormt het grootste wetland van Namibië en heeft qua uitstraling veel weg van de Okavango Delta.
Enorme olifanten kuddes trekken naar deze moerassen bij de start van de wintermaanden. Hier vind je ook de grootste concentratie buffels van heel Namibië.
Het is een ongerept stukje Namibië dat nog maar weinig toeristen ontdekt hebben.
Chobe National Park, Botswana:
Het Chobe park ligt in Botswana en dus niet in de Caprivistrook. In het uiterste oostelijke uiteinde van de strook zijn echter een aantal lodges bij de rivier aan de kant van Namibië. Van hieruit kan je dan makkelijk Chobe bezoeken. Hou er wel rekening mee dat je dan de grens over moet!
Vanuit Chobe River Camp, staken wij de grens over naar Botswana. Deze grensovergang is redelijk rustig. Het is het ideale vertrekpunt om de ongeveer 80 km lange 4x4 route langs de Chobe rivier te rijden. Chobe is namelijk erg populair maar de meeste toeristen rijden het park in vanaf Kasane, aan het andere uiteinde.
Chobe NP is fantastisch! Met heel veel olifanten! Meerder keren moeten we stoppen voor overstekende giraffen en olifanten. Verder zien we hippo’s, krokodillen, een grote leguaan, bavianen, vechtende warthog’s, grote kuddes zebra’s, wildebeest, hartebeest, kudu’s, eland, sabel antilopen en veel dikke baobab bomen. Voor gewone auto’s is er een kortere geasfalteerde weg door het park.
Praktisch:
Malaria:
Er is malaria risico en malaria tabletten worden aanbevolen. Hoewel wij in het droge seizoen zo goed als geen muggen gezien hebben… Je goed beschermen blijft wel een must!
Beste tijdstip:
De beste reistijd voor Caprivi zijn de droge wintermaanden, van juni tot september. Water is dan schaarser en het wild verzamelt zich dan rond de overblijvende waterpoelen. De vegetatie is dan ook wat minder dicht, wat het spotten van wildlife gemakkelijker maakt. In de natte periode zijn veel wegen vaak ontoegankelijk.
Bereikbaarheid:
Bij een rondreis door Namibië én Botswana kom je sowieso langs de Caprivistrook.
Toeristen die enkel Namibië bezoeken, komen hier echter veel minder. Zonde om dit over te slaan vinden wij!
Vanuit Etosha National Park of zuidelijk Namibië bereik je via de goed geasfalteerde B8 gemakkelijk de steden Rundu en Divundu, aan westelijke kant van de strook. De B8 doorkruist Caprivi helemaal (400 km), tot aan de grens met Botswana, bij het Chobe National Park. Nog iets verder ligt Kasane in Botswana, wat de ideale uitvalsbasis is om de Victoria Falls in Zimbabwe te bezoeken of de zuidelijk gelegen Okavango Delta in Botswana.
Wie de Caprivistrook niet helemaal wil afrijden, kan via Divundu al de afslag nemen naar Botswana en de westelijke kant van de Okavango Delta.
Meer blogs:
Reactie plaatsen
Reacties